De boeren visie: wat is gezond & bewust eten in 2025?

Er zijn zoveel ontwikkelingen op dit moment op het gebied van gezonde, verantwoorde en duurzame voeding. Maar wat zijn hypes en welke ontwikkelingen zijn blijvend? En wat is gezond en bewust eten nu precies als je het aan de experts vraagt?

Samen met Isabel Boerdam van De Hippe Vegetariër wierpen we een 360 graden blik op het onderwerp door in gesprek te gaan met experts uit de food branche. In deel IV van een 5-delige serie spreekt Isabel met Gerjan Snippe, mede-eigenaar van het biologische groentebedrijf Bio Brass – ook wel bekend als de producent van biologische groenten voor het grote publiek.

 

Gerjan ontvangt mij bij hun bezoekerscentrum De Beleving. Tijd om echt te snappen waar een biologische boer zich nu precies mee bezig houdt. Gerjan, hoe werkt biologische teelt?
De natuur is eigenlijk net als de mens. Wij hebben toch ook rust, ruimte en afwisseling nodig om in balans te blijven? Zo werkt het ook met de teelt. Als je kijkt welk effect de verschillende gewassen op de grond hebben, welke volgorde het beste werkt en wanneer je ze voldoende ruimte geeft, dan kan je ook zonder kunstmest en andere hulpmiddelen telen. Op die manier houd je de basis voor gezonde teelt in stand. Dat is wat wij met Bio Brass proberen te doen, maar dan wel op een zo makkelijk en efficiënt mogelijke manier. Dat lukt doordat we samenwerken. Want biologisch telen betekent ook dat je heel veel soorten gewassen teelt, en dat je overal aandacht op moet hebben. Als je samenwerkt gaat dat makkelijker en zo ontstond Bio Brass.

Waarom vind jij biologisch zo belangrijk? Vind jij het beter dan ‘gewone’ groenten?
Als boer heb ik grond en daar moet ik gewoon zuinig op zijn. Het mooie van grond is, dat is net als lichaam: je kunt best een keer heel hard rennen of doen, dat kan allemaal. Maar als je altijd aan het rennen bent, dan gaat het een keer mis. En dat is met grond ook zo, want het is wel ons productiemiddel. Als je je grond gezond houdt, door rust ruimte en afwisseling, kan je op de lange termijn mooie producten telen. Mijn kinderen kunnen hier later nog van genieten, die grond raakt nooit uitgeput, zo kunnen we voedsel blijven produceren. Dus voor mij als boer is het in plaats van ‘biologisch’, gewoon telen met gezond verstand. Of het beter is? Dat is aan de consumenten om zelf te beoordelen. Ik vind het vooral leuk als mensen dat zelf ontdekken. Ik kan alleen vertellen wat wij doen en wat voor effect dat heeft op de gewassen.

Inmiddels leveren jullie biologische groenten aan bijvoorbeeld Albert Heijn en proberen jullie biologisch echt beschikbaar te maken voor het grote publiek. Hoe doen jullie dat?
Allereerst brengen we er wat schaal in, dus de volumes. En ik heb haast het gevoel dat ik me daarvoor moet verontschuldigen, want vaak krijg je dan het gevoel van ‘o dat is heel grootschalig en industrieel’. Nee. We telen hier 2000 hectare met z’n vieren, dat is best veel, maar daardoor kun je ook investeren in goede technische middelen. Twaalf jaar geleden toen wij startten had ik een klein trekkertje en dan was ik tijdens het schoffelen heel de dag bezig om maar op te letten dat ik niet een plantje omver schoffelde. Nu kun je gewoon opletten op het werk, omdat die schoffeltrekker inmiddels een gps heeft waardoor hij er netjes kaarsrecht tussendoor rijdt. Die techniek is geweldig eigenlijk! Daardoor wordt het telen makkelijker, worden de opbrengsten beter en de onnodige extra kosten lager wat ook weer bijdraagt om het uiteindelijk beschikbaar te kunnen maken voor een groot publiek. Maar wat nooit zal en mag veranderen door schaal is die basis van rust, ruimte en afwisseling. Eigenlijk wel leuk om te zien dat je door schaal en verbinden in de keten juist ook weer een betere basis legt voor veel verschillende gewassen…oftewel juist die basis beter kunt bewaken.

Vaak hoor je dat mensen biologisch te duur vinden. Wat vind jij van dat prijsverschil?
Ik zie dat biologische telers en gangbare telers steeds dichter naar elkaar toe groeien. Gangbare telers moeten ook steeds een ruimere vruchtwisseling toepassen en minder met chemische middelen gaan telen door alle ontwikkelingen. Dus zij groeien steeds dichter naar ons toe. Aan de andere kant professionaliseert de biologische branche, investeren wij hard in technologische ontwikkelingen en worden zo steeds efficiënter. Dus vanuit teelt denk ik dat we steeds dichterbij komen, omdat het onnodige prijsverschil vanwege wel of geen efficiëntie steeds meer weg valt. Toename in volume biologisch of eventueel omschakelen naar alleen biologisch maakt ook juist de vervolgkosten in de keten lager, bijvoorbeeld logistiek en verpakkingen. Wat dan vooral het prijsverschil bepaalt is of de teler zijn kosten en marge ook daadwerkelijk terug krijgt in de prijs voor het product. Bij een niet biologisch product is nu vaak de prijs gebaseerd op aanbod in de markt, wat niet altijd een goede afspiegeling is van een reële prijs voor de langere termijn. Prijzen voor biologische producten zijn juist meestal al wel gebaseerd op een reële prijs voor de langere termijn.

Een ander veel gehoord argument tegen biologische teelt is dat het weliswaar goed is voor het milieu en de gezondheid, maar niet realistisch is als je kijkt naar het wereldvoedselprobleem. Hoe kijk jij daar tegenaan?
De vraag over het voeden van 9 miljard mensen houdt me heel erg bezig. In 2012 heb ik meegedaan met een Global farmers masterclass. Samen met 50 telers van over de hele wereld denken we na over hoe we de wereld kunnen voeden. Op een gegeven moment zei iemand “What I learned this week, is that organic is not sustainable”. Ik ben gaan nadenken, wat is nu duurzaamheid? Ik ben toen in 2015 zes weken de wereld rond gaan reizen om boeren te bezoeken met dit vraagstuk. Ik ben geweest in Afrika, Zweden, Engeland, West-Europa en als laatst Brazilië. Ik ben best wel opgelucht teruggekomen. Als je echt aan een boer vraagt, hoe wil jij nou boer zijn? Dan kiest het boerenhart voor ruimere vruchtwisseling en liever minder intensief. Wat we nu doen met z’n allen, op zo’n enorme schaal produceren, is simpelweg niet houdbaar. Dat houdt de aarde niet vol. Iedereen wil steeds meer hebben voor minder, daar worden we uiteindelijk niet gelukkig van met z’n allen. Ik geloof daarom in een andere weg: voedsel weer op waarde schatten. Dus minder verspilling, snappen wat de natuur ons kan brengen in welk seizoen en daar als consument en overheid in meebewegen. Dat is voor mij een voedselketen gebaseerd op transparantie en gezond verstand. Zo klopt het weer.

Als je kijkt naar de duurzame foodtrends van dit moment, dan zie je ook dat mensen het steeds belangrijker vinden om minder vlees te eten. Hoe zie jij dit?
Op een gegeven moment reed ik door Wales, en toen dacht ik wow wat een mooi landschap, maar hier kun je geen bloemkool verbouwen. Dus persoonlijk denk ik dat er nu een prima balans is, ik denk dat het wel belangrijk is om vlees te blijven eten, omdat er hele mooie gebieden zijn in de wereld waar je juist met vee aan voedsel kunt bijdragen. Er moet een balans zijn tussen gebieden waar dat past, en waar een ander gewas juist beter past. Kortom voor mij moet het landschap het uitgangspunt zijn voor wat er verbouwd wordt en de mate waarin het gegeten wordt. Het is niet wel of niet, maar juist die mix vinden. Anders benut je ook hele mooie gebieden van de wereld niet om voedsel te produceren. Toen er nog geen kunstmest en geen stoomboot was, toen ging het ook zo. Toen aten we wat er in je directe omgeving was en dat werd bepaald door de grond. Daarom hebben we verschillende eetculturen op verschillende plekken in de wereld. Prachtig toch!

Als we Nederland massaal aan de 200 gram groenten per dag willen krijgen, wat moet hier dan voor gebeuren? Hoe pakken jullie dit aan?
Wij proberen het eten van groenten makkelijk te maken voor mensen door met leuke, verrassende oplossingen te komen. Zoals bijvoorbeeld onze gemarineerde baby-bietjes. Die snij je zo door een salade heen of maak je iets anders moois mee. Hoe makkelijker, hoe groter de kans dat mensen het oppikken. En je moet het leuk en aantrekkelijk presenteren! Daarnaast denk ik dat het vertellen van het verhaal heel belangrijk is. Een voorbeeld: in 2013 was het een heel koud voorjaar. Door het weer kreeg je kleine en compacte bloemkolen. Een mevrouw had daar kritiek op, zij is consument en wil graag waar voor haar geld dus is teleurgesteld met een kleine bloemkool. Als boer dacht ik: wees überhaupt blij dat je een bloemkool hebt, het had niet veel gescheeld of we hadden helemaal geen oogst gehad! Dan krijg je twee werelden door elkaar en moet je het verhaal gaan vertellen. Ik heb contact gehad met haar en heb uitgelegd waarom de bloemkool zo klein was. Uiteindelijk was het de lekkerste bloemkool die ze ooit had gegeten. Zodra je het verhaal van groenten vertelt, snappen mensen het en gaan ze er op een hele andere manier naar kijken. Dan vallen vaak al heel veel vooroordelen weg. Het is en blijft een natuurproduct en dat vindt de consument mooi.

Als jij aan 2025 denkt, wat zou je dan wensen voor de groenteteelt en de voedingsindustrie?
Ik zou graag weer teruggaan naar meer focus op de seizoenen en het aantrekkelijker maken van traditionele groente per geografisch gebied. Met daarnaast je gezond verstand gebruiken bij het beoordelen van hoe duurzaam een teelt en ons voedsel is. Want wat heeft nu een hogere carbon footprint: die bloemkool die in Spanje groeit en dan hiernaartoe wordt gebracht of die witte kool die wij hier telen en de hele winter opslaan, zodat we die de hele winter kunnen eten. Ik vind het wel leuk om daar tegenaan te schoppen. En laten we gewoon eens vieren dat we een maand geen bloemkool hebben, en dat we dan zeggen: ‘Het is weer zover!’ Ik denk dat de consumenten en retailers dat verhaal best zullen begrijpen, zolang je het ze maar uitlegt. In het algemeen hoop ik dat we meer teruggaan naar telen en eten met gezond verstand en dat we meer samen gaan werken in de voedselketen. Niet allemaal met onszelf bezig zijn als producent, retailer en consument, maar samenwerken en verbinding zoeken, het gaat toch om eten van ons allemaal. Samen impact maken.

Nieuwsgierig naar meer? Bekijk dan hier de hele serie inclusief video’s.